Gepost op 28 januari 2010 door Marie
Op een bepaald moment deze week had ik mijn buik vol van alle computerproblemen, ze bleven maar komen, en telkens werden ze moeilijker en lastiger, totdat het me te veel werd. Het was vier uur, het was nog licht en dus ging ik de tuin in tot groot jolijt van de katten die met dit gure weer anders met geen stokken buiten te krijgen zijn. Niets beters dan werken in de tuin met spelende katten rond je om te ontstressen! De moestuin stond er behoorlijk belabberd bij en had dringend een beurt nodig als voorbereiding op de komende lente. Met een goede jas en dikke werkhandschoenen voelde ik na enkele minuten de kou al niet meer.
De moestuin is toe aan een beurt
Twee van de drie moestuinbakken werden helemaal aangepakt. Het plastic zeil en kattennet werden opgeborgen, alle geknakte bamboestokken gingen eruit. De oude knollen en planten mochten weg, het onkruid werd onthoofd en de aarde verlucht. Vorige zomer had ik daarvoor twee handige gereedschapjes gevonden op een tuinbeurs, en deze week bewezen ze voor het eerst hun nut. ’t Is een plezier om met goed materiaal te werken, dat kan ik je verzekeren! De winterpostelein en de onvolgroeide chinese kolen (die te laat gezaaid werden) mochten blijven staan, samen met de witte snijbiet en de selder, om te zien of ze er nog door komen als het jaar wat warmer wordt. Ik werkte ook wat gedroogde koemest en algenkalk in de grond. Ten slotte dekte ik de selder af met bladeren om hem te beschermen tegen de vrieskou. Voilà, dat was al een heel ander zicht! In amper twee uren was meer dan de helft van mijn moestuin klaar om het nieuwe jaar te ontvangen.
De twee bakken zijn al klaar voor de lente
Toen ik heel klein was hadden we
heerlijk fruit en noten in de tuin, en
misschien ook wat groenten, maar dat
weet ik niet meer. Mijn eerste bewuste
ervaring met moestuinen begon pas in
2004. Papa spitte een tamelijk groot
stuk van het grasperk om (we woonden
ondertussen al lang niet meer in
hetzelfde huis), legde een pad in het
midden en zaaide en plantte allerlei
groenten. Ik studeerde nog en ik hielp
alleen mee in de moestuin als het weer
zacht en warm was – niet zo vaak dus.
Maar ik leerde wel de geneugten van het
groenten oogsten uit eigen tuin (wel de
lusten, niet de lasten!).
Er zijn een paar grote voordelen aan het
thuis oogsten. De voornaamste
plusplunten zijn natuurlijk de kwaliteit
van de groenten (je weet wat je eet) en
de superversheid (“levende vers” zeggen
ze bij ons). Maar een ander fantastisch
verschil is dat je alleen hoeft te
oogsten wat je nodig hebt. Enkele
blaadjes sla, een hoop spinazie, wat
ajuinpijpjes en een tomaat, en de
moederplanten blijven staan en groeien
door. Alles blijft vers en groeit zelfs
nog bij. Je bent niet gedwongen vb. de
hele krop sla zo snel mogelijk op te
eten omdat hij in de koelkast ligt te
sterven.
Hetzelfde jaar nog verhuisden we en
lieten we de nog bijna volle moestuin
noodgedwongen achter. Na een jaar of zo
begonnen we opnieuw in het andere huis.
Dit keer hielp ik beter mee. De dag
waarop we beslisten om eraan te beginnen
en een deel van het gazon om te spitten,
was de warmste dag van het jaar. De
zware kleigrond was keihard, ik moest
springen op mijn spade om hem in de
grond te krijgen. Maar het zaaien en
planten werd zo’n succes (en een erg
mooi zicht vanuit de keuken), dat we
later nog tweemaal een deel bijspitten
om onze oppervlakte te vergroten en
langer zon te krijgen op de groenten.
Het begin van de nieuwe moestuin (de katten keuren het werk)
Deel 2 in constructie
Deel 1 en 2 in volle glorie; het jaar nadien kwam er nog een derde deel bij aan de andere kant van het paadje
Ondertussen ontdekte ik Mevrouw Gertrud
Franck. Zij is een Duitse vrouw die vele
jaren lang in haar eigen gigantische
moestuin onderzocht welke planten een
goede of slechte invloed op elkaar
uitoefenen. Ze schreef een boek
“Gesunder Garten durch Mischkultur”
(Engelse vertaling: Companion planting)
waarin ze haar biologische
moestuinmethodes beschrijft. Ze gebruikt
‘mulchen’ (ttz de grond bedekken met
allerlei geschikt organisch materiaal)
in plaats van spitten (jaarlijks spitten
is niet alleen tijdrovend en slecht voor
de rug maar ook onnatuurlijk en kwalijk
voor het micro-bodemleven) en
ontwikkelde een vernuftig maar eenvoudig
rijensysteem om wisselbouw te vermijden.
Ze geeft ook uitgebreide kweektips voor
zowat elke groente. Ik heb het boek
indertijd gratis kunnen downloaden vanaf
een Australische bibliotheek-website
(Soil and Health Library), maar
tegenwoordig is het boek blijkbaar uit
hun boekenlijst geschrapt.
Het voornaamste wat ik van Gertrud blijf
handhaven, zijn haar goede en slechte
groentencombinaties. Ik geef ze
hieronder even voor jullie. ‘Gunstige
combinaties’ wil zeggen dat je
gezondere, sterkere planten met minder
ziektes en plagen krijgt (en dus meer
opbrengst) door deze twee soorten
groenten naast of door elkaar te kweken
(bijvoorbeeld ajuinen en wortels – ze
verdrijven elkaars plagen zoals de
wortelvlieg en ajuinvlieg). Als je twee
groenten uit de ‘slechte
combinatie’-lijst bij elkaar zet, hebben
ze alleen maar nadelige invloeden op
elkaar. Dit ondervond ik zeer duidelijk
toen ik op een keer verkeerdelijk de sla
en koolrabi bij elkaar had geplant: ik
had uiteindelijk bijna geen sla en ook
geen koolrabi!
Gunstige combinaties (alfabetisch):
Aardappel – snijboon / ajuin / prei
Aardbei – prei / ajuin
Ajuin – aardbei / pastinaak / wortel
Bonen (snijboon, staakboon, nierboon, …)
– sla / kolen (broccoli, bloemkool, …)
Bloemkool – knolselder
Erwt – kool / selder
Knolselder – kool
Kool – bonen / rode biet / erwt /
(knol)selder
Koolrabi – bernagie (komkommerkruid)
Pastinaak – ajuin
Prei – aardbei
Radijs – sla
Rode biet – sla / kool
Sla – radijs / bonen / rode biet
Selder – kool / erwt
Snijboon – aardappel
Wortel – ajuin / dille
Tomaat – koolrabi / kool / goudsbloem /
mosterdzaad
Slechte combinaties:
Aardappel >< ajuin
Ajuin >< bonen / kolen / aardappel
Bonen >< ajuin
Koolrabi >< sla
Kool >< ajuin
Kropsla >< peterselie
Peterselie >< kropsla
Rode kool >< tomaat
Rode biet >< tomaat / als gewas
net na een oogst spinazie
Sla >< koolrabi
Tomaat >< rode kool / rode biet
Tegen de tijd dat onze prachtige
moestuin volledig ontwikkeld was, waren
we april 2009 en verhuisden we opnieuw
om in de buurt van Laura’s nieuwe school
te kunnen wonen. De oude moestuin moest
opnieuw helemaal omgewerkt worden,
ditmaal om gras te zaaien…
Ondertussen was ik al helemaal gewonnen
voor het moes-kweken. Ik stond erop dat
er ook in de tuin van het nieuwe huis
een moestuin zou komen en begon
ondertussen al dadelijk met het
voorzaaien in kleine potjes.
Omdat we konijnekeutels vonden in het
gras, bedachten we een systeem met
bakken om de groenten te beschermen.
Uiteindelijk zijn er nooit meer echt
konijnen langsgekomen door de
aanwezigheid van onze katten.
De voorgezaaide potjes groeien goed
De eerste moestuinbak wordt gevuld;
onderaan komen dode bladeren en gehaksel
om de grond luchtig en warm te maken;
erop komt aarde vermengd met compost
De eerste bak werd gezet (met
mankracht), maar omdat hij zo hoog was,
kostte het zo veel moeite en grond om
hem te vullen, dat we de twee andere
bakken later veel lager maakten.
Ik nam alsmaar meer initiatief, totdat
papa er bijna niet meer aan te pas kwam.
De moestuin werd mijn grote trots en
voornaamste hobby (trouwens uitstekend
als compensatie voor het vele
computerwerk!). Al bij al werd het nog
een heel goed groentejaar hoewel mei
eigenlijk te laat is om met een moestuin
te beginnen (iets later en de tomaten
zouden nooit rijp geraakt zijn). Er
waren momenten in de zomer dat we bijna
geen groenten meer hoefden te kopen. Ik
had verschillende soorten sla, radijzen,
boontjes, courgette, wortels (gewone,
witte en Parijse), zomerpostelein,
selder, snijbiet, rode biet, prei,
komkommer, venkel, koolrabi, spinazie,
tomaat en pompoen en dat op ongeveer 15
m². De enige echte problemen die ik had
was om de bonen, pijpajuintjes en (later
op het jaar) veldsla te laten kiemen.
Door het lange nutteloze wachten op
kiemen die niet kwamen verloor ik
kostbare tijd. Ik werd alsmaar
fanatieker, ik weigerde zelfs bloemen te
planten in twee grote potten omdat die
‘niets zouden opbrengen’. In de plaats
bedacht ik het geniale idee om er
klimbonen in te zetten. Ik palmde ook
gedeeltelijk het rozenperk in. Het
resultaat was prachtig, en erg lekker
ook!
klimbonen op terras
Bonenpot, rozen, twee fleurende moesbakken, derde bak onderweg
Dit jaar ben ik zo mogelijk nog fanatieker dan vorig jaar :-) Gedurende de herfst en winter heb ik een volledig schema uitgewerkt met de groenten die ik dit jaar wil oogsten. Ik heb een bezoek gebracht en een bestelling gedaan bij mijn favoriete kwekerij, een biologisch zaadbedrijfje op de grens van België en Nederland: De Nieuwe Tuin. Ze zoeken naar de soorten groenten die best groeien in onze contreien en gebruiken alleen natuurlijke middelen. Ze hebben een prachtige website waar je ook online je bestelling kan plaatsen. In geen tijd heb je de zaadjes bij je thuis, betalen kan achteraf. Een aanrader: www.denieuwetuin.be
Van al mijn groenten heb ik bestudeerd
wanneer ze gezaaid moeten/mogen worden,
en dan heb ik een nieuwe overzichtelijke
lijst gemaakt met alles per maand
geschikt. Ten slotte heb ik deze lijst
gecombineerd met de
biologisch-dynamische maankalender van
Maria Thun, die je met even zoeken
meestal gratis op internet terugvindt.
Deze maankalender zegt welke dagen
gunstig zijn voor het zaaien of planten
van verschillende soorten groenten. Er
zijn 4 categorieën, afhankelijk van welk
deel van de groente best moet
ontwikkelen: bladgroenten (sla,
spinazie, postelein,…), vruchten
(tomaat, bonen, courgette,…),
wortelgroenten (radijs, rode biet,
wortels,…) en bloemen (bernagie,
goudsbloemen,…)
Het resultaat is een maandkalender met
daarop welke groenten ik op welke dagen
moet zaaien om meest profijt te halen
uit de natuur. Zo georganiseerd was ik
nog nooit. Meestal doe ik alles maar
zo-zo, kijk ik op de maankalender
wanneer ik zin heb om in de tuin te
gaan, en dan moet ik nog iets zaaien,
maar ben ik net te laat voor de maan, en
dan denk ik ‘ach, het zal zo ook wel
lukken!’ Niet dit jaar, deze keer ben ik
voorbereid…
Voorbeeld van mijn zelfgemaakte moestuinkalender (kleurcode voor zaaien en planten, voor bladdagen, vruchtdagen, worteldagen en bloemdagen)
En ik ben niet eens zo veel te vroeg
klaar, want eind februari begint het
warme voorzaaien al in de veranda. Staan
op het programma in februari: aubergine,
radijs, sla, komkommer (vroege soort),
paprika, erwten. Buiten kan er ook al
wat gebeuren: spinazie, Parijse
worteltjes (een kleine ronde soort
wortel, zeer schattig), en ook sjalot en
ajuin (planten, niet zaaien). In maart
heb ik (warm voorzaaien): venkel,
koolrabi, pastinaak, paprika (tweede
lichting), sla, tomaat, lampionbesjes,
ijsbergsla, komkommer en courgette
(eerste lichting). Buiten zaaien:
radijzen, wortels, spinazie, brave
hendrik, erwten en eind maart:
aardappelen. In april en mei wordt de
lijst steeds uitvoeriger, vanaf juni
wordt het minder en begint het eerste
oogsten al.
Ik vind een moestuin echt belangrijk.
Ook als je geen tuin hebt, probeer het
dan met vensterbakken met wat sla en
radijzen bijvoorbeeld. Om een radijs te
zien kiemen en groeien (één radijs per
plantje, dus niet in bundeltjes met een
elastiekje errond!) en zachte verse
zomersla te plukken is een echte
vreugde. Ook veel grote heiligen (zoals
Amma bijvoorbeeld, www.amma.nl) vinden
het belangrijk om zelf groenten te
kweken, zodat je minder afhankelijk
wordt van de maatschappij en dichter bij
de natuur en jezelf komt te staan. Als
je wel een tuin hebt, offer dan
misschien een zonnig plekje op aan een
moestuin. Veel moeite is het niet.
Eenmaal de beslissing genomen en de
moestuin in voege, heb je er meer
plezier aan dan werk, vooral als je het
tamelijk klein houdt. Begin klein. Als
je de smaak te pakken krijgt, kan je
altijd nog uitbreiden :-) En voor de
kinderen is zoiets ook erg belangrijk en
heel erg leuk. Jong geleerd, oud gedaan?
Neefje in actie!
© Marie Crevits, hetleven.be
Heb
je een reactie op deze blog? We
horen je graag! Contact